Het leed dat daten heet: Herkenbaar, gênant, ongemakkelijk of ronduit pijnlijk: Je moet er wat voor over hebben om je droomvrouw te vinden. Rosalie deelt haar ervaringen. Lees, lach, huil en huiver!
'Vorig jaar ben ik getrouwd met de leukste, mooiste en liefste vrouw van de wereld. Maar voor het zover was heb ik me jarenlang fanatiek begeven op de datingmarkt. Je moet haar érgens tegenkomen, in het wild is het niet zo makkelijk. Ik durf mezelf inmiddels best professioneel dater te noemen. Online dating, koppelpogingen van vrienden (en mijn moeder!), onhandige introducties op werk en natuurlijk desillusies in alle vormen en maten. Je kunt het zo gek niet verzinnen of ik heb het meegemaakt.
Beeld: By Olha Rohulya/ Shutterstock
Neem nou die keer dat ik dacht: Jij bent écht leuk! Dit zou weleens een toekomst kunnen hebben…
We hadden elkaar ontmoet op een receptie van werk. Ze was gelukkig geen collega, maar we raakten aan de praat en bleken veel raakvlakken te hebben. Zo hielden we allebei van zeilen, van London en van vrouwen, dat was snel duidelijk. We wisselden telefoonnummers uit en ze appte me de volgende dag met de vraag of ik met haar uit eten wilde. Daar hoefde ik niet lang over na te denken en we maakten een afspraak voor die vrijdagavond. Het bleef klikken en ik hing aan haar lippen. Ze was belezen, slim en grappig. Net weer opnieuw gaan studeren, rechten nota bene, omdat ze meer uitdaging zocht terwijl ze op zondag een schildercursus gaf. Ze was van veel markten thuis, ook van het moederschap, zo bleek. Ze had met haar ex een zoontje van 5.
Ik heb niks voor of tegen kinderen, hoewel het mijn eerste keus niet is. Deze dame was echt heel leuk, een kind neem ik dan graag op de koop toe. En er was nog een ouder, dat scheelde. Over het zoontje hadden we het die avond niet meer.
Met een voorzichtige kus namen we afscheid. We deden het rustig aan, omdat we, denk ik, allebei wel aanvoelden dat dit serieus kon worden. Ik had echte vlinders in mijn buik en probeerde me heel voorzichtig voor te stellen hoe een leven met haar zou zijn. In de week na ons eerste diner belden we veel en een weekend later nam ik haar mee zeilen.
Ik huurde een bootje op de Kaag en bracht een heuse picknickmand, met broodjes, olijven en een fles rosé. Er stond totaal geen wind, dus we dobberden een beetje rond in de richting van een eiland met een steiger, waar we de boot maar aanlegde en aan wal de fles rosé opentrokken, op een deken in het gras. De kussen waren inmiddels niet zo voorzichtig meer en dat ik
Lees meer