The One

Het was weer maandag. Engelse literatuur. De lerares, mevrouw Peters, legde haar boeken op het bureau en wenste iedereen opgewekt goedemorgen. Rosita draaide onrustig op haar stoel. Er ontbrak nog iemand, uitgerekend diegene aan wie ze het hele weekend had gedacht. Terwijl ze in haar boek bladerde, beet ze op haar lip. Ze was vol verwachting en heerlijke verlangens en tegelijkertijd wilde ze dit helemaal niet. Ze begreep het ook niet.

Zaterdag, toen ze in de platenwinkel was om de nieuwe elpee van Eurythmics te kopen, zag ze Michel, ze hadden even staan praten. Rond haar vijftiende was ze stapelverliefd op hem geweest, in de wolken toen hij op een feestje met haar wilde dansen. Maar dat was tweeënhalf jaar geleden, een eeuwigheid. Nu had ze gemerkt dat ze hem weliswaar aardig vond, maar ook een beetje saai. Een beetje té aardig en hij had het alleen maar gehad over scheepsmodellen bouwen.

Mevrouw Peters verhief haar stem. 'Jongens, we gaan beginnen. Samuel Beckett schreef zijn bekendste werken in de jaren 50. Malone Dies...' Roos maakte aantekeningen. Ze vond Engelse literatuur wel leuk, maar sommige boeken die ze moest lezen vond ze maar vreemd. Het ging over een wereld die mijlenver afstond van de traditionele waarden waar zij mee opgevoed was. Een wereld met veel vrijheden, maar die toch eenzaam en leeg leek.
Ze wilde graag gelukkig worden, samen met die ene, die ze nog vinden moest.

Van de zomer was ze verliefd geworden op Jos, de oudere broer van haar klasgenoot. Hij had zo'n rustige uitstraling en grote slanke handen. Hij wist heel veel en hij was sportief. Hij had het wel leuk gevonden om een beetje met haar op te trekken. Ze gingen samen hardlopen in de polder of ze zaten te praten bij hem thuis op zijn kamer vol boeken. Maar uiteindelijk bleek hij een oogje op iemand anders te hebben. Dat was nogal een domper geweest.

'Waiting for Godot is een absurd toneelstuk', ging de lerares verder. 'Twee personages wachten op ene Godot, die nooit komt opdagen.' Roos moest zichzelf dwingen om op te letten. 'Samuel Beckett schreef in het Frans, en vertaalde zelf zijn werk...'

Nog voor de tijd met Michel had ze een cassettebandje met muziek van Earth and Fire van haar zus gekregen. Het mooiste lied vond ze Ruby is the One, een heerlijk rocknummer. Ze had de tekst wel wat apart gevonden. Een vrouw zong over een vrouw. Ze had aan haar zus gevraagd hoe dat kon en die vond het ook vreemd. Het bleef een mysterie, iets dat verder niet meer besproken werd. Maar het boeide haar, ze draaide dat liedje graag. Ergens heel diep in haar binnenste raakte dit lied een verlangen. Een verlangen naar iets dat intenser was dan een gewone vriendschap.

Het was langzaam rumoeriger geworden. Mevrouw Peters wilde nog iets over Harold Pinter vertellen, maar had moeite erboven uit te komen.
Roos voelde het al aankomen. Nicolien, die niet goed was in Engels, zat weer eens te kletsen achter in de klas. 'Nicolíén!' riep de lerares. Zoals altijd schoot bij de laatste lettergreep haar stem omhoog en dat werkte een beetje op je lachspieren, al liet je dat natuurlijk niet merken. Maar laatst in de pauze hoorde Roos hoe Nicolien en haar vriendinnen het stonden te imiteren. 'Nicolíén!', 'Nicolíén!' deden ze om de beurt, het leek een wedstrijdje wie het het beste kon. Totdat er een surveillerende leraar in de buurt kwam en ze plotseling deden alsof ze heel rustig met elkaar stonden te praten. Toen hij weg was, volgde er een lachsalvo.

Er was ooit een les geweest over homoseksualiteit. Ze was toen blij geweest dat ze zo niet was. Het leek haar ingewikkeld hoe je dan met anderen om moest gaan. Ze was toch altijd al anders dan de rest. Ze was de enige van de klas die met het milieu bezig was. En ze was naar de grote demonstratie tegen kernwapens geweest in Den Haag. Dat was een geweldige belevenis. Er waren zo veel mensen, dat ze nauwelijks vooruitkwamen en nooit op het Malieveld terecht waren gekomen, maar dat maakte niet uit. Wát een sfeer van saamhorigheid.
De anderen in de klas hadden er niet veel mee. Ze leken meer bezig met kleding en uitgaan en bedenken hoeveel badkamers ze later in hun luxe huis wilden, dingen die Roos weer niet interesseerden.

De deur ging open. Ze voelde haar hart wild tekeer gaan. Marcella verscheen. Te laat, wat was er gebeurd? Maar ze was er. Gelukzalige gevoelens schoten in Roos omhoog. Wat maakte ze weer een indruk op haar. Ze was zo zelfbewust. Ze leek volwassener dan de anderen. Toen ze nieuw was in augustus was ze niet schuchter of afwachtend geweest, vanaf het begin was Roos door haar geboeid. Gelukkig had niemand iets gemerkt. Roos keek naar haar en voelde zoveel. Ze hield van die manier van lopen. En ze had zulke prachtige blauwe ogen! Soms, als Marcella al zat en Roos langs haar liep, had ze stiekem in die ogen gekeken en had ze het gevoel dat ze erin verdronk. En die mooie blonde krullen... Ze had eigenlijk alles wat Roos niet had. Roos kon niet ophouden te denken aan Marcella.

Was ze dan toch lesbisch? Ze dacht dat dat niet kon als je al verliefd was geweest op jongens. Het was gewoon raar.
Ze kende niemand in de klas die homo of lesbisch was, zelfs niet op de hele school. Niemand. Niet in haar familie, niemand van tennis of het orkest. Maar ze wist dat het wel bestond.
Bij artiesten zag je het soms, maar die gebruikten ook alcohol en drugs, die kon je eigenlijk niet serieus nemen.
Bij eenden kwam het voor. Haar vader had eens spottend een berichtje in de krant voorgelezen over twee woerden die een paartje vormden.

Ze had boekjes uit de bibliotheek gehaald over homoseksualiteit. Maar het was haar niet duidelijk geworden hoe zij zo kon zijn nadat ze eerst jongens leuk vond.
Het was weer iets van haar, ze was altijd anders, er leek iets mis te zijn met haar. Ze beet weer op haar lip.
Als ze dit aan haar vriendinnen zou vertellen, zouden ze niet meer met haar om willen gaan. Ze zouden zien dat ze niet normaal was. Ze ging zichzelf niet belachelijk maken. Nee, het zou beter zijn om hier nooit met iemand over te praten. Het zou wel weer over gaan.

Ze keek voorzichtig even schuin naar links. Marcella was gaan zitten. Ze zou het nooit weten. Ruby is the one. Ruby never knows...

*

Anna van Velden (1965) is bi en sinds 1987 getrouwd met haar man.
Door de ziekte ME/CVS is ze al tientallen jaren grotendeels aan huis gebonden. Ze heeft diverse interesses en hobby's, waaronder sinds kort het schrijven van kleine verhalen. Ze heeft een website: annavanvelden.com
Anna van Velden is een pseudoniem.

 

Reacties

Log in om reacties te lezen en zelf te reageren.



Recent nieuws:

Hate crime-wet

Tweede Kamer stemt voor hate crime-wet! De wet maakt het mogelijk om daders van discriminerende criminaliteit zwaarder te bestraffen en gaat nu voor instemming naar de Eerste Kamer.

Lees verder

EU: Verbied conversie therapie

'Dit is een kans voor onze gemeenschap, vrienden, familie en allies om onze stemmen te gebruiken voor de veiligheid en het welzijn van alle LGBTIQA+ burgers in de EU.' Teken ook tegen conversie therapie.

Lees verder

De Meidenmethode

'Hoe je verdomme eindelijk van jezelf gaat houden.' In haar debuut deelt Lotte van Eijk dingen waarvan ze zou willen dat iemand ze aan haar had verteld, op deze manier.

Lees verder
Meer nieuws & achtergronden